TOEMAARDICHTMAAR

De pieptest

 

Michaël kijkt in zijn achteruitkijkspiegel. Stop, politie. Shit, denkt hij. Hij zet zijn auto aan de kant.
  ‘Heeft u gedronken?’ vraagt de agent. 

  ‘Eén pintje maar’. 

  ‘Dan gaan we de pieptest doen.’

  ‘De blaastest bedoelt u?’

  ‘Neen, uitstappen alstublieft.’ 

Michaël stapt uit, een beetje zenuwachtig. De agent haalt een stuk krijt uit zijn borstzak en tekent een lijn op het asfalt van de vluchtstrook, loopt 20 stappen verder en zet daar nog een streep. 

  ‘Telkens wanneer je mijn fluitje hoort, moet je de andere streep hebben bereikt. De tijd tussen twee fluitsignalen zal steeds korter worden, dus het is belangrijk dat je je energie verdeelt.’ 

Uit zijn andere borstzak haalt hij een klein zilverkleurig instrument met een touwtje dat hij om zijn nek hangt.

  ‘Mijn collega-agenten zullen je prestatie beoordelen. Bij een P mag je doorrijden, bij een F niet.’

Michaël ziet dat twee agenten zich achter de vangrail hebben opgesteld met grote borden. De agent met de P maakt kusbewegingen met een overdreven naar voren getuite mond. De agent met de F houdt zijn mond lange tijd wijd opengesperd en zijn ogen dicht. Het blijkt dat hij voortdurend geeuwt, met korte tussenpozen waarin hij slaperig voor zich uit kijkt. 

Het eerste piepje klinkt en Michaël doet wat hem werd gezegd. Hij loopt naar de andere krijtstreep, tot hij een piep hoort terwijl hij nog niet over de lijn is gestapt. Geen van de agenten achter de vangrail steekt echter een bord omhoog. De agent met het fluitje draait met zijn ogen.
  ‘Het moet een oude test geweest zijn’, gromt hij. ‘Hij zag er al vreemd uit. Je mag even uitrusten voor we hem opnieuw uitvoeren.’

De agenten met de borden klimmen over de railing en maken plaats voor twee andere agenten die uit het struikgewas komen. Terwijl ze traag, gapend en kussend met hun borden de snelweg oversteken, worden ze geschept door een vrachtwagen. Tevergeefs trapt de vrachtwagenchauffeur nog op zijn rem. Het veroorzaakt een kettingbotsing met de auto achter hem. Er ontstaat een flinke ravage. De agent die hem zojuist had aangehouden is weggevlucht. 

Een verdwaald bord met de letter P waait voor Michaël’s voeten. Ik mag doorrijden, denkt hij, en hij stapt in zijn auto.

Leave a Comment

Your email address will not be published. Required fields are marked *

TOEMAARDICHTMAAR