TOEMAARDICHTMAAR
- 16 microfictieverhalen
- De Cilinder
- Enkele aanzetten tot communicatie
- Een beschouwing
- De glitterplaneet
- Revolte
- Cirkeldier Daniël
- Hoe ik vanmiddag mijn tong verbrandde
- Herkenningspunt
- De pieptest
- De cirkelzaag
- Gesticht
- Etiquette van de waanzin
- Zeepsop
- Het eb en blues van de vloed
- De bevolking van het Noorden
- Het gevoel van iets te zijn vergeten
- Wervels
- Kipnugget
- Het spectogram van de stilte
- Het observatiecentrum
- Constante luchtkwaliteit
- Dorst
- Puppy
Zeepsop
een man ligt thuis al dagen in zijn zetel. sinds hij haar heeft ontmoet, heeft hij niet gegeten. hij is tot over zijn oren verliefd en kan er helemaal niets aan doen. zijn leven staat stil. elke dag zakt hij dieper in de zetel, zonder dat hij echt verdwijnt. op een dag krijgt hij toch honger en klimt hij recht. het eten geeft hem nieuwe energie. hij trekt zijn mooie pak aan. dat geeft hem een gevoel van controle. voordat hij haar kende, wist hij nog wie hij was: een zakenman. hij kijkt naar zichzelf in de spiegel en zet een hoed op. ‘ik ben een zakenman’, zegt hij. met herwonnen zelfvertrouwen besluit hij om te gaan speculeren op de beurs. dat deed hij vroeger ook. onderweg naar het beursgebouw, wrijft hij de kreukels uit zijn mouwen. hij denkt: waar zal ik vandaag eens over speculeren. hij denkt diep na, dat kun je zien aan de schaduw die de rand van zijn hoed over zijn gezicht maakt. elke dag wordt die schaduw langer. op een dag zal de schaduw zijn hele lichaam bedekken. er staan nummers en letters op een bord. door de ruimte klinkt het geluid van een indexcijfer dat niet omhoog gaat. de man kijkt ernaar, maar denkt aan haar. dat kan niet anders. zijn hersenen zijn zeepsop. na het werk gaat hij weer naar huis. hij loopt over het grindpad naar zijn voordeur. het is grind waar je in wegzakt.